De wijnstokken waarvan deze rode wijn wordt gemaakt, bevinden zich in de sector Pommard, tussen Beaune en Meursault. Claude Maréchal gebruikt zijn eigen compost om de aarde te verrijken. Na een korte "pré-fermentation pelliculaire" vindt de vergisting op basis van de gisten op de schil plaats. Daarna rijpen de wijnen op fijne gisten in eikenhouten vaten voor een periode van 12 tot 18 maanden. Uiteindelijk produceert het domein jaar in na jaar uit een frisse, zuivere en gastronomische pinot noir dat meer dan eens als ijk wordt gebruikt waartegen het Bourgondisch karakter wordt afgemeten.