De Côte de Beaune bevindt zich een twintigtal kilometer ten Zuiden van de Côte de Nuits. Tussen Ladoix-Serrigny in het Noorden en Chagny in het Zuiden meet de wijngaard ongeveer 35 kilometer en is gemiddeld slechts een paar honderd meter breed. De meeste wijngaarden zijn Oostwaarts geöriënteerd, naar de opwaartse zon.
De bodem varieert van wijngaard tot wijngaard maar bestaat toch hoofdzakelijk mergel en kalk. Beiden zijn verantwoordelijk voor de finesse en de aromatische complexiteit van de wijn.
Bijna elke cru - 27 van de 29 - van de wijngaard laat de productie van witte en rode wijn toe. Het overgrote deel wordt gemaakt van Chardonnay en Pinot noir, al vind je her en der ook wel bourgogne aligoté. Enkel in Volnay en Pommard wordt uitsluitend rode wijn verbouwd om de herkomstbenaming te mogen dragen.
Beschouwen we de wijngaard van Noord naar Zuid, dan valt het op dat in de Noordelijke gebieden eerder rode wijn wordt geproduceerd. Vanaf Meursault domineert Chardonnay. Verder naar het Zuiden toe, vanaf Santenay, dan houden Chardonnay en pinot noir elkaar in evenwicht.
De wijngaard is beroemd voor zijn grote witte wijnen en toch bestaat de productie voor 60% uit rode wijnen.
De Côte de Beaune wordt naar het Westen toe overschaduwd door de Hautes Côtes de Beaune. We bevinden ons dan op de hellingen die tot 400 meter hoogte kunnen reiken.